Een pony heeft geen goed dieptezicht bij dingen die zich vlak voor hem bevinden. Omdat de ogen van een pony aan de zijkant van het hoofd staan, hebben ze een eenogig zicht, waardoor ze alles van dichtbij tweedimensionaal zien. Eenogig zicht is heel handig om te zien wat er aan beide kanten van de pony gebeurt, maar het is niet zo handig wanneer ze de diepte van een plas proberen in te schatten. Wanneer je je pony naar een waterplas, rivier, meer, … stuurt, vraag je je pony eigenlijk om je blindelings te vertrouwen. Je pony heeft geen idee hoe diep het water is en kan dus evengoed in een diepe waterafgrond stappen. Een pony moet zijn ruiter dus heel goed vertrouwen voordat hij een stap in het water zet. Als je pony echt zijn voetje niet in het water durft te zetten, helpt het misschien om een pony die het wel durft voor je uit te laten gaan. Zo ziet je pony dat het veilig is en durft dan misschien toch het water in te gaan.